
Hallo allemaal,
Dit korte verhaaltje was een huiswerkopdracht voor mijn schrijfcursus van NTI.
Het was een opgegeven taak: schrijf een kort sprookjesachtig verhaal, uw hoofdpersoon woont in een sprookjesachtig bos, er gebeurt iets waarop hij/zij moet reageren, en het loopt heel goed af, na wat angstige momenten. Wat de toon betreft denk aan de leeftijd van 4 tot 6 jaar.
Ik heb een verhaaltje (zie hieronder) geschreven, maar wat vond ik het moeilijk.
Kinderverhalen zijn best een uitdaging hoor, je moet met veel rekening houden en je lezerspubliek is misschien wel klein, maar zeer kritisch hoor :-)
De eerste pagina van mijn verhaaltje is eentje met korte stukjes tekst en tekeningen, deze zijn getekend door onze zoon (15 jaar). De rest van het verhaaltje moet worden voorgelezen door een ouder/opvoeder//...
Even vertellen dat onze zoon een heel ander genre van tekenen heeft, dus best knap van hem dat hij voor de kleintjes toch schattige diertjes wist te tekenen. :-)
Ook heb ik heel erg genoten van onze samenwerking, voor mij was deze opdracht dan ook al helemaal geslaagd!
Pim, Pam en Pet:
Pim, Pam en Pet spelen met hun bal in het bos.
“Gooi de bal naar mij’, roept Pam naar Pet.
Pet schiet in de lach en zegt: “Jij kunt de bal toch niet vangen, want jij bent bang van de bal.”
“Dat is niet waar!” zegt Pam kwaad.
Pet gooit de bal naar Pam.
Pam hoort ineens heel zachtjes: “Help! Help mij!” roepen.
Terwijl hij staat te luisteren, vliegt de bal tegen zijn hoofd.
“Auw!” roept Pam en wrijft terwijl over zijn hoofd;
Pim en Pet moeten nu erg hard lachen.
“Dat is morgen een flinke buil op je hoofd;” zegt Pim.
“Sstt,” zegt Pam en wijst naar de vijver.
Pim en Pet komen ook naar de vijver.
Samen luisteren ze naar het geluid.
Ze horen het weer.
Er roept iemand om hulp.
“Wie roept daar?” vraagt Pet dapper.
“Ik ben het, Tommy,” zegt het kleine poesje verdrietig. “Ik zit met mijn pootje vast in het water.”
Bas komt net aanhuppelen.
“Bas, stop!” roepen Pim, Pam en Pet tezamen.
Bas remt met zijn grote achterpoten af en laat diepe zandsporen achter hem na.
“Jullie doen mij schrikken. Wat is er mis?” vraagt Bas.
“Kijk, daar in de vijver. Tommy zit vast, “ zegt Pim.
“Oei, dat is gevaarlijk,. We moeten hem helpen, “zegt Bas. “Ik zal het touw rond zijn pootje doorbijten”
“Goed idee,” antwoordt Pim tegen Bas.
“Wanneer het touw los is, trekken wij hem uit het water,” zegt Pim tegen Pam en Pet.
“Ja! Een heel goed idee en ga ik terwijl Tom halen,” antwoordt Bas.
Pam begint te beven van angst en springt in de struiken.
Met bibberende stem zegt Pam: “T-Tom eet h-heel graag m-muizen,”
“Pam, je mag nu niet bang zijn. Kom terug!” roept Pim.
“Ja, we moeten Tommy gaan redden,” zegt pet.
Samen gaan ze, héél voorzichtig de vijver in en maken Tommy los.
“Joepie!” roepen Pim, Pam en Pet tezamen. “Tommy is uit het water gered!”
Tommy, Pim, Pam en Pet gaan in het gras liggen, wat zijn ze plots moe.
Ze moeten even uitrusten van al dat harde werken.
Plots voelt Pam een dikke poot op zijn staart staan, prikken er stijve snorharen in zijn vachtje en duwt er een natte neus in zijn buikje.
Pam ziet dat Tom, de grote poes, over hem heen staat.
Pam is nu wel even héél bang.
“Heb jij mijn Tommy gered?” vraagt Tom aan Pam.
“J-j-ja, s-samen m-met P-Pim en P-et.” Stottert Pam.
Pim en Pet hebben elkaar omhelst, ze zijn nu toch ook een beetje bang voor Tom.
“Papa, maak mijn vrienden niet bang,” horen ze Tommy zeggen.
“G-ga j-jij o-ons n-nu o-opeten?” vraagt Pam aan Tom.
‘ik eet geen vrienden van mijn Tommy op,” reageert Tom. “Vanaf nu zijn jullie veilig in het bos. Jullie zijn brave muizen. Dank u om mijn Tommy te redden;”
Vanaf die dag spelen Pim, Pam, Pet en Tommy samen met de bal in het vrolijke, mooie bos.